België belast de huurinkomsten van inwoners op basis van de kadastrale waarde en van niet-inwoners op basis van de reële waarde. Dit is in strijd met het EU-recht, zoals al beslist is in 2018.
Bron: Hof van Justitie EU, 12 november 2020, ECLI:EU:C:2020:915
Onder voorwaarden wordt goedgekeurd dat voor de middeling als geheel kalenderjaar wordt aangemerkt, het kalenderjaar waarin voor een deeljaar (kwalificerende) binnenlandse belastingplicht bestond.
Bron: Staatscourant, 18 december 2020, nr. 62987
Op grond van het terugtrekkingsakkoord worden werknemers ook na 31 december 2020 behandeld als inwoners van een EU-lidstaat. Voor andere werknemers is dat niet het geval. Een eventuele deal kan dit nog wijzigen.
Bron: Belastingdienst, Nieuwsbrief loonheffingen 2021, tweede uitgave, 18 december 2020
In de nieuwsbrief zijn de salariscriteria voor de toepassing van de 30%-regeling opgenomen. De inkomensgrens voor de werknemer met specifieke deskundigheid wordt € 38.961. Is deze jonger dan 30 jaar, dan € 29.616.
Bron: Belastingdienst, nieuwsbrief loonheffingen 2021, uitgave 2, 18 december 2020
Bij de kamerbehandeling van het Wetsvoorstel excessief lenen is uitgebreid ingegaan op de internationale, verdragsrechtelijke en de europeesrechtelijke aspecten van het voorstel.
Bron: Ministerie van Financiën, 17 december 2020, Nota naar aanleiding van het verslag
De Brexit heeft geen gevolgen voor conserverende aanslagen opgelegd over een belastingjaar voor 2021. De regels voor uitstel van betaling en de zekerheidsstelling blijven zoals ze voor de Brexit waren.
Bron: Belastingdienst
Nederland en Duitsland hebben overeenstemming bereikt over een tegemoetkoming betreffende een kwalificatieverschil als een inwoner van Nederland participeert in een Duitse Kommanditgesellschaft.
Bron: Staatscourant, 14 december 2020, Stcrt. 2020, 63177
Auteur: Dr. Dick Molenaar, werkzaam bij All Arts Belastingadviseurs en verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, sectie Fiscaal Recht (dmolenaar@allarts.nl)
Momenteel liggen de optredens en sportwedstrijden grotendeels stil, maar hopelijk komen na deze crisis weer veel buitenlandse artiesten en sporters naar Nederland om zich te laten zien en horen. Hoe zijn dan de belasting- en sociaalverzekeringsregels? Soms hetzelfde als voor andere buitenlanders, maar vaak juist anders. Daarbij spelen de Nederlandse belastingverdragen, of de afwezigheid daarvan, een grote rol. Dat geldt minder voor de EU Verordening inzake sociale zekerheid en de andere verdragen inzake sociale zekerheid en dat komt door een eenzijdige Nederlandse regeling. In dit artikel worden de regels op een rij gezet.
Auteurs: Gijs Kramer en Dirk van Oosterbosch, beiden werkzaam op de internationale afdeling van DRV Accountants & Adviseurs (g.kramer@drv.nl en d.van.oosterbosch@drv.nl)
Directeuren-grootaandeelhouders hebben altijd een dubbele pet op, te weten werknemer van de eigen B.V. en bedrijfseigenaar. Zij kunnen in principe de hoogte van hun eigen salaris bepalen. Om deze vrijheid wat in te perken is de gebruikelijkloonregeling in artikel 12a Wet op de loonbelasting 1964 ingevoerd. De gebruikelijkloonregeling voorkomt onder andere dat de dga inkomstenbelasting over het ontvangen loon uitstelt en dat de dga recht heeft op toeslagen. Zo verkleint de gebruikelijkloonregeling het verschil tussen dga’s en andere werknemers. Het fictieve loon dat de gebruikelijkloonregeling stelt, is het loon dat als uitgangspunt geldt voor de heffing van loon- en inkomstenbelasting, maar ook voor andere regelingen waarbij het fiscale loon van belang is.
De gebruikelijkloonregeling regelt dat een werknemer waarvoor de regeling geldt, ten minste een bepaald bedrag aan loon in aanmerking moet nemen. Hieronder werken wij eerst de hoofdlijnen van de nationale wet uit. Vervolgens zullen we ingaan op de implicaties daarvan in de volgende drie internationale situaties:
Auteur: Mr K.A. van Heerewaarden, Tax manager International/Belgium Desk bij Van Oers International te Breda (k.vheerewaarden@vanoers.nl)
De fiscale behandeling van buitenlandse bestuurdersvergoedingen zal binnenkort in de praktijk nadeliger uitwerken. Dit zodra de Staatssecretaris een daartoe relevant besluit intrekt. Die intrekking is eerder dit jaar aangekondigd in de Notitie Fiscaal Verdragsbeleid 2020. In deze bijdrage licht ik dit nader toe en schets de contouren van een mogelijke oplossing.