De hyperthermiebehandeling bij een Duitse Heilpraktiker is niet aftrekbaar als uitgave voor specifieke zorgkosten. De Heilpraktiker is niet vergelijkbaar met een in art. 39 URIB 2001 genoemde paramedicus en de behandeling is niet op voorschrift en onder begeleiding van een arts geschied.
Bron: Rechtbank Den Haag, 21 november 2022, ECLI:NL:RBDHA:2022:12859
X heeft de Duitse nationaliteit en woont in Bulgarije. Hij geniet een AOW en werkt voor een Nederlandse BV die X medio 2016 naar België heeft gedetacheerd. X is in Nederland sociaal verzekerd en de AOW is belast in Nederland
Bron: Hoge Raad, 20 januari 2023: ECLI:NL:HR:2023:54
X heeft de Nederlandse nationaliteit en werkt voor het Europees Octrooibureau. Omdat X voorafgaand aan zijn werkzaamheden voor het EOB niet in een andere EU-lidstaat heeft gewoond is hij niet vrijgesteld voor box 3. Het beroep op EU-recht faalt.
Bron: Rechtbank Den Haag, 12 december 2022, ECLI:NL:RBDHA:2022:13438
Een beroepschauffeur woont in Duitsland en rijdt in dienst van een Nederlandse werkgever. Hij rijdt ook dagen zowel in Nederland als in Duitsland. Voor deze werkdagen heeft Nederland niet het volledige heffingsrecht maar werktijdevenredig.
Bron: Bundesfinanzhof, 1 juni 2022, ECLI:DE:BFH:2022
A woont met haar man in Spanje als pensionado’s. Beiden zijn kwalificerende buitenlands belastingplichtigen. Na een systematische berekening van de bijzondere verhoging van de algemene heffingskorting (art. 8.9a Wet IB), wordt de uit te betalen heffingskorting 1225 euro.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 9 januari 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:88
A woont in de voormalige stal van een Belgische hoevewoning. In de hoeve wonen ook zijn meerderjarige kinderen. A, kwalificerend buitenlands belastingplichtige, maakt niet aannemelijk welk deel van de woning voor hem een eigen woning is.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 5 januari 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:52
Een Amerikaan woont in Nederland en werkt als defence counsel bij het Internationaal Strafhof en Special tribunal for Libanon. Zijn inkomsten zijn als resultaat overige werkzaamheden belast. Hem komt geen belastingvrijstelling toe.
ECLI:NL:RBDHA:2022:14748
B woont in België en is een kwalificerende buitenlands belastingplichtige. Hij kan de kosten eigen woning maar voor 50% aftrekken. Hij heeft van de andere 50% alleen onder opschortende voorwaarde de economische eigendom sinds zijn scheiding.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 5 januari 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:51
A woont in België en geniet Nederlandse pensioenen. België belast de pensioenen voor minder dan 90%. Het belastingverdrag wijst de heffing dan aan Nederland toe. De vrijstelling loonbelasting wekt geen vertrouwen op.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 21 december 2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:7874
P woont in Nederland en werkt voor een niet inhoudingsplichtige buitenlandse werkgever. P heeft recht op 1,4% aftrek (werkkostenregeling). De inspecteur kan die aftrek niet compenseren met vermoedelijk belaste onkostenvergoedingen.
Bron: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 3 januari 2023, ECLI:NL:GHARL:2023:1