Auteur: Ursula Beste, werkzaam als Steuerberaterin bij bureau vaktechniek EY Duitsland
Bedrijven die hun werknemers in het buitenland te werk stellen, maken met hen vaak afspraken over tax equalization: de werkgever compenseert verschillen tussen belastingheffing in binnen- en buitenland. Hij neemt eventuele fiscale nadelen voor zijn rekening, maar profiteert ook van een mogelijk gunstigere belastingheffing in het andere land. Het laatste punt blijkt echter tot problemen te leiden indien een CAO (zgn. Tarifvertrag) van toepassing is. Dit blijkt uit een arrest van de hoogste rechter in Duitsland op het gebied van arbeidsrecht, het Bundesarbeitsgericht (BAG) van 7 september 2022. Bij toepassing van een CAO heeft de werknemer recht op het bruto CAO-loon. Het is dan niet voldoende als de netto beloning (exclusief detacheringsgerelateerde beloningscomponenten) tijdens de tewerkstelling in het buitenland even hoog is als voorheen. Werkgevers die gebonden zijn aan collectieve arbeidsovereenkomsten zullen daarom hun interne detacheringsrichtlijn en detacheringsovereenkomsten nader moeten beoordelen en waar nodig moeten aanpassen om aan de arbeidsrechtelijke vereisten in Duitsland te voldoen en negatieve gevolgen te voorkomen. Uiteraard geldt dit alleen als Duits arbeidsrecht van toepassing is.
Een inwoner van Indonesië emigreert in 2016 naar Nederland. Hij is in de binnenlandse periode in Nederland sociaal verzekerd. Op basis van het wereldinkomen moet het premiedeel van de algemene heffingskorting worden berekend.
Bron: Gerechtshof s’Hertogenbosch, 7 juni 2023, ECLI:NL:GHSHE:2023:1871
Bij besluit van 11 augustus 2023 is goedgekeurd, dat middeling onder voorwaarden ook mogelijk als gedurende een deeljaar binnenlandse belastingplicht of kwalificerende buitenlandse belastingplicht bestaat bijv. ten gevolge van migratie.
Bron: Staatscourant 17 augustus 2023, nr. 23180
A woont in België en vaart op een schip onder Nederlandse vlag voor een Nederlandse werkgever. Hij is premieplichtig in Nederland, maar niet in Nederland belastingplichtig. G heeft dan geen recht op het belastingdeel van de heffingskortingen.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 28 juli 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:5341
G woont in Nederland en ontvangt een Duitse Rente. G heeft eerder in Duitsland gewoond en gewerkt. G maakt niet aannemelijk dat de premie voor de Duitse Rente in Duitsland niet tot fiscale voordelen heeft geleid. De Rente is volledig belast.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 25 juli 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:5190
B en N komen vanuit het buitenland naar Nederland om te studeren en betalen verplicht de studiekosten voor hun komst. Deze studiekosten zijn niet aftrekbaar omdat ze op moment betaling (nog) geen belastingplichtigen zijn in Nederland.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 20 en 28 juli 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:5105 en 5326
Y verhuist binnen Duitsland maar geeft geen adreswijziging door aan de voormalige Nederlandse woongemeente of de Belastingdienst. Het gevolg is dat Y de Nederlandse belastingaangifte te laat doet. De verzuimboete is terecht opgelegd.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 10 juli 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:4789
P woont in België en is in Nederlandse loondienst werkzaam. Hij is belasting- en premieplichtig in Nederland. Voor het premiedeel van arbeidskorting 2018 is het in Nederland belaste loon relevant. Voor de algemene heffingskorting het wereldinkomen.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 10 juli 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:4801
A woont in Zwitserland en ontvang pensioenuitkeringen en AOW uit Nederland. A heeft in de loonbelasting geen recht op de algemene heffingskorting en de ouderenkorting. Die kan hij mogelijk wel in de inkomstenbelasting claimen.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 17 juli 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:5027
Een piloot werkt via een limited voor een Ierse vliegmaatschappij. De Advocaat-Generaal vindt dat de piloot ook nu die niet werkt voor een Nederlandse inhoudingsplichtige toegang heeft tot de gerichte vrijstellingen van de werkkostenregeling.
Conclusie A-G Ettema, 7 juli 2023, ECLI:NL:PHR:2023:672